De 26e was een dag met eindeloze regen aan een steigertje. Mijn achterbuurman, een Zweedse dierenarts, was net zo depressief als het weer. Wat een pessimist die kerel. Over natuur, milieu, alcohol, slecht eten. Het hield niet op. Ik heb me beleefd uit het gesprek los gemaakt voor zijn zwartgalligheid aan mij zou gaan kleven. En nu lig ik in de beschutte ronde baai van Skarvoya, heerlijk in het zonnetje. Er zitten voldoende ringen in de rotsen om aan te leggen. Ik oefen nog een paar keer en krijg het nu lekker in de vingers. Hekanker uitgooien en niet meer naar omkijken, dicht bij de rots komen en de ring pakken met de pikhaak. Lijn beleggen en dan naar achter om het hekanker aan te halen. Dat pakt eigenlijk altijd. Ik heb de baai voor mijzelf en het eiland ook. Want op een lange wandeling kom ik niemand tegen. Alleen een Ree die ik betrap als het staat te drinken. De reeën hier zijn niet erg schuw en je kunt vrij dicht bij komen. Een heerlijke dag vol Robinson Croesoë gevoel!

